×
Andere dieren - Chinchilla

Afkomst

 

De chinchilla is afkomstig uit het Andes-gebergte (Zuid-Amerika) en woont daar in spleten en holen.

Vroeger kwam de chinchilla voor in grote delen van het Andesgebergte in Peru, Bolivia, Argentinië en Chili tot een hoogte van 6000 meter. Door een intensieve bejaging is het leefgebied nu beperkt tot het noorden van Chili. De temperaturen daar kunnen erg koud worden en vandaar heeft het dier een zeer dichte isolerende vacht, grijs of zwart van kleur. Die prachtige vacht heeft minder leuke gevolgen voor het diertje : chinchilla’s worden op industrieel niveau gefokt voor hun pels voor de beroemde chinchilla-mantels. Als huisdier gehouden heeft de chinchilla gelukkig geen last van pelsenjagers. Die pels is wel erg gevoelig, in die zin dat de haren gemakkelijk loslaten wanneer het dier bang is, met andere woorden til het dier nooit op aan de pels, anders heb je enkel een boel haren in je hand. Een tamme chinchilla til je op —heel vreemd- aan de oren en de staart.

De chinchilla staat bekend om zijn zachte vacht die 2,5-4 cm dik is. Hij is 25 cm lang met een eekhoornachtige staart. De oren zijn vrijwel niet behaard en de ogen zijn groot. Hij bezit lange snorharen. De voeten hebben stevige zolen en tenen met kleine nagels. Het zijn nachtdieren, maar ook in de avond en de morgen zijn ze actief. In grote groepen bevolken ze de rotsachtige hellingen en holen. Door de dikke vacht zijn ze in staat om grote temperatuurverschillen te verdragen.

Chinchilla’s zijn sociale dieren, van nature leven ze in groepen. Een groep bestaat uit 1 mannetje met enkele vrouwtjes met jongen. In huis kunnen ze echter goed als paartje gehouden worden, zodat u niet meteen een hele meute chinchilla’s moet houden. Maar als éénling in een kooi gaat het diertje treuren.